Home > artikelen > Interview: Barry Smit over Ondijk/Punt
artikelen

Interview: Barry Smit over Ondijk/Punt

‘De wens je leven radicaal om te gooien is voor velen herkenbaar’

Het derde boek van Barry Smit Ondijk/Punt is een sinistere dubbelroman waarin mensen proberen zichzelf en het leven dat ze leiden, te ontvluchten. De vraag is of je degene die je was, écht achter je kunt laten. Barry Smit is naast schrijver ook scenarist van onder meer de VPRO-serie De Fractie en hij is campagneadviseur.

Door Monique Huijdink

Twee romans in één bundel. Waarom heb je hiervoor gekozen?
‘Die keuze kwam vrij laat. Ik begon met Ondijk en kreeg halverwege het schrijven van die roman het idee voor Punt. Toen ben ik beide boeken tegelijkertijd gaan schrijven, naast elkaar. Bij mijn nieuwe uitgever Lebowski (Smit publiceerde eerder bij Atlas Contact) kwamen ze met het idee om beide romans in één bundel uit te geven. De romans spelen zich in verschillende werelden af, de karakters hebben niets met elkaar te maken maar de boeken hebben wel een thematische verwantschap. We vonden het leuk om iets ongebruikelijks te doen: een dubbelroman. De nummering van de bladzijden loopt ook niet door. Na Ondijk begint Punt gewoon met pagina 1.’

In beide romans spelen zware criminelen belangrijke rollen. Houd je van bad guys?
‘Houden van is niet het goede woord maar ik ben wel gefascineerd door criminelen. Mijn eerste boek Om het nu ging over een jongen die ervoor koos niet zijn hele leven onder Tl-licht te werken maar vooral op zoek te gaan naar steeds weer de volgende kick. Leven op de grens van moraliteit van dromen najagen zonder enige compromis en je als een normaal empathisch mens gedragen, vind ik interessant. Daar zit wrijving.
In Ondijk speelt een crimineel genaamd Oscar een belangrijke rol. Hij verwacht dat de maatschappij volledig zal instorten en verklaart zijn criminele gedrag uit het moralistische motief dat hij een soort verzetsstrijder is, tegen het systeem. Veel criminelen die ik gesproken heb denken er zo over. Deze Oscar is iemand die allerlei doemscenario’s tot zich neemt, zwelgt in websites waarop complottheorieën welig tieren en de ondergang gepredikt wordt, of het nu klimaatcrisis is of politieke ontsporing. Hij ziet de wereld instorten en dat het huidige systeem niet werkt. Maar hij weet ook dat hij er niet aan kan ontsnappen, dat ontsnapping alleen is weggelegd voor een kleine elite. En daartegen komt hij in verzet door die elite te beroven en zichzelf te bevrijden. Veel criminelen zien zichzelf als strijder tegen een onrechtvaardig systeem en vinden hun criminele activiteiten dus eigenlijk rechtvaardig. Ze zijn in hun eigen ogen heldhaftige verzetsstrijders.’

Hoe ken jij die wereld van de criminaliteit? Heb je in de gevangenis gezeten?
‘Nee! Ik heb een relatief brave jeugd gehad, in Heiloo en Alkmaar. Ik zat op school in Castricum en ik ken uit mijn jeugd een paar jongens die ontspoord zijn. Dat begon altijd met kleinschalige handel in drugs. Maar jongens waarmee ik op straat gevoetbald heb, zijn op een bepaald moment overvallen gaan plegen en bij brute huisinbraken betrokken geraakt. Ik zag die jongens eigenlijk al rond hun vijftiende voorsorteren op het criminele pad, jongens die het systeem of de school als grote tegenstanders schetsten en hun kleine daden in de context van verzet daartegen zagen. Ze zagen zichzelf ook wel als slachtoffers, vaak hadden ze al problemen op school of worstelden met zichzelf. Ze zagen leraren en politie altijd als onderdeel van het systeem. De film Scarface was een groot voorbeeld voor ze, net als gangstarappers en Bob Marley met zijn Babylon System. Zo scheppen ze een wereldbeeld waarin zij niet langer fout zijn, maar een held worden als strijder tegen een kwaad systeem.’

De personages in beide romans willen zichzelf of hun leven ontvluchten. Waarom?
‘Soms hebben ze een bijna onhoudbaar wereldbeeld geschapen waaraan ze willen ontsnappen of ze zijn klem komen te zitten door hun keuzes en hebben hun criminele concullega’s op de hielen. Maar je kunt je als brave burger ook wel herkennen in de wens je leven nog eens radicaal om te gooien.’

Wat is Ondijk voor een plek?
‘Ondijk is een gehucht in de meest drassige uithoek van de Beemster grofweg in de polder tussen Alkmaar en Purmerend. Het ligt aan het Noordhollandsch Kanaal waar vroeger veel kleine boeren woonden die het niet gered hebben. Aan de ene kant zie je de groene vlaktes die nu bevolkt worden door een paar grote clusters die alleen nog maar werken voor de bank. Aan de andere kant zie je de jonge ruïnes van de oude economie, de leegstaande graansilo’s van de Wormer, werkloze rode kranen van het westelijk havengebied van Amsterdam en de laatste pluimen uit de schoorstenen van de Hoogovens waar ook niet veel toekomst meer in zit. Je ziet er vooral sporen van het verleden, economieën die aan het verdwijnen zijn. De toekomst zie je daar niet. Een van de personages, Rob van Zee is oorlogsfotograaf die lange tijd over de wereld heeft gezworven. Hij keert terug naar zijn geboortedorp Ondijk omdat hij het huis van zijn overleden ouders heeft geërfd. Dat is ook de enige reden want het is niet een plek waar je naartoe gaat als je er niet hoeft te zijn.’

Wie is Rob van Zee?
‘Iemand die letterlijk en figuurlijk weinig bagage bij zich heeft. Hij wil meteen weer weg kunnen, ongebonden zijn. Hij voelt zich vrij als hij op pad is en hij voelt dat hij pas écht leeft als hij zich in een crisissituatie bevindt en daar zijn werk kan doen. Alle andere dingen zijn belemmeringen voor hem. Hij wordt in Ondijk geconfronteerd met mensen uit zijn verleden en ziet hoe het dorpje geterroriseerd wordt door een criminele familie.’

Ondijk is geschreven vanuit het perspectief van verschillende mensen uit het dorpje, Punt is geschreven vanuit de ik-figuur die Cor Punt heet. Wat is er met hem aan de hand?
‘Punt is een Amsterdamse zware crimineel van een jaar of veertig die een keuze moet maken in zijn leven. Hij is deels gebaseerd op de biografieën van bekende criminelen uit het Amsterdamse milieu uit de jaren negentig en het begin van de 21ste eeuw. Het is hem te heet onder de voeten geworden en hij moet verdwijnen. Achter station Sloterdijk stapt hij op een willekeurige bus naar het buitenland en komt in de buurt van Limoges in de Dordogne terecht. Daar wil hij buiten het zicht van de samenleving een ander mens worden. Hij wil een nieuwe ziel. Hij wil de volgende dag opstaan en een nieuw mens zijn. De vraag is of het verleden zich zomaar laat afschudden. Een vraag die in al mijn boeken centraal staat is: in hoeverre hebben wij ons lot in eigen hand? In hoeverre zijn de keuzes die wij maken bepalend voor wie we zijn en waar we terechtkomen? Ik wil steeds onderzoeken of je controle kunt houden over je bestaan. Heb je er greep op of ben je slechts het product van je omgeving, de cultuur en familie waar je vandaan komt? In het geval van Cor Punt blijkt dat zijn verleden een grotere rol speelt dan hij zelf dacht. Hij heeft sporen achtergelaten en vijanden gemaakt. Die laten zich niet zomaar uitwissen.’

 

Geef een reactie